De basiswerking van 3D printers kan als volgt worden omschreven: De gebruiker verkrijgt of ontwerpt een 3D model dat alle specificaties bevat van het te printen onderdeel. Het 3D model wordt vervolgens bewerkt met special software die wordt omschreven als de slicer, om uiteindelijk het model op te delen in lagen met epsilon-wijde dikte. De bewerking wordt dan als G-code naar de printer gestuurd, waarna het onderdeel wordt geprint door het laag-voor-laag op te bouwen. In dit artikel zullen we daarvoor dieper ingaan op 3D modellering en slicing software.